Ik ben er BIJ

Op een mooie woensdagmiddag in mei luisteren tien kinderen met hun ouder(s) en/of grootouder(s) naar natuurgids Gerrit Houtschild. Hij weet hen te boeien met allerlei weetjes over hommels en bijen. Maar de kinderen weten zelf al dat bijen heel belangrijk zijn. Ze maken honing en ze zorgen dat stuifmeel ook op andere planten komt. Zo bestuiven en bevruchten ze planten en gewassen. En kunnen wij appeltjes en peren eten en nog veel meer lekkere dingen. Er zijn meer dan 300 soorten wilde bijen.

Bijenvolk
We gaan op weg naar de bijenkroeg en zien daar kasten met bijen staan. Gerrit vertelt dat hier bijenvolken leven, in elke kast één koningin en werkers. Soms leven er wel 60.000 bijen in één kast. De koningin is de grootste en legt de hele dag door eitjes. De werkster begint als schoonmaakster. Na een week mag ze de larven, die uit de eitjes zijn gekomen, eten geven en de cellen dichtmaken. Dan wordt ze poortwachter of bewaker en als laatste mag ze stuifmeel en nectar halen. Na zes weken zijn haar vleugels versleten en gaat ze dood. Het duurt ongeveer een jaar en dan komen de eitjes uit. De jonge bijen zitten dicht bij elkaar, wanneer de buitentemperatuur kouder is. Zo blijven ze lekker warm.
De roodbruine varroamijt parasiteert op verzwakte bijen; ze kunnen hele bijenkolonies uit laten sterven.

Hommels
Hommels zoals o.a. de Aardhommel en de Weidehommel hebben een kortere tong dan bijen. Daarom gaan ze anders te werk om bij de nectar te komen. Sommige bloemen hebben een lange kroonbuis waardoor de nectar te diep ligt om er met hun tong bij te kunnen komen, daarom maken ze onderaan de bloem van bijvoorbeeld dopheide een gaatje en kunnen zo met hun tong bij de lekkere nectar komen, slim hè maar het heeft ook een nadeel want de bloem wordt op deze manier niet bestoven. Hommels zijn wolliger en kennen ook een koningin maar maken geen honing.

Solitaire bijen
Naast bijenvolken zijn er ook bijen die alleen leven. Dat noemen we ook wel solitaire bijen. Deze bijen leggen hun eitjes bijvoorbeeld in de grond. Bij de schoongemaakte vijver achter de natuurboerderij zien de kinderen zo’n gaatje. Bij het bijenhotel aangekomen vertelt Gerrit hoe je een hotel kunt maken: Een verzameling van holle takjes, bamboestokjes, dikke takken en bakstenen met gaten. Hierin leggen bijen hun eitjes en metselen de gang dan dicht. Ter plekke zien de kinderen de geboorte van een bij. Ook zijn er koekoeksbijen die zich gedragen als een koekoek. De vrouwtjes leggen hun eitjes in de bevoorraadde nesten van de andere bijen. Deze eitjes komen het eerst uit en snoepen dan van het aanwezige voedsel.

Boomgaard
Onder de bomen hangen bloempotjes, gevuld met stro, rietstengels en ijzerdraad, op de kop. Hier leggen de solitaire bijen ook hun eitjes in. Vaak is het lekker warm in zo’n pot. Uit de pot zien wij een bladbruintje wegvliegen.

Tot slot
Aan het eind van de rondwandeling zien we nog een driebandtijger. En allemaal spinsels met rupsen van de Kardinaalsmutsstippelmot deinen in de wind pal boven ons pad. Over een tijdje komen hier mooie nachtvlinders uit.
Bij de vijver zien we een juffer. Gerrit kan het niet laten om aan de kinderen het verschil tussen een juffer en een libel uit te leggen. Een juffer is kleiner en kan de vleugels op de haar rug samenvouwen. Een libel is groter en kan de vleugels niet inklappen en blijven dus wijduit staan.
Er vliegt een inlandse hoornaar over de vijver en dit merken we aan de bijen bij de bijenkasten. Ze zijn heel onrustig en zoemen hard. Robin uit groep 2 vindt het een leuke middag en de volwassenen sluiten hierbij aan. We hebben veel gehoord en geleerd van Gerrit.

tekst: Janneke Dijkhof

Deel op Facebook
Deel op Twitter
Deel via Whatsapp